Inleiding – Duorun – 3.1

Soort oefenstof:  warming up
Doelgroep: Alle leeftijden

  • Verdeel de groep in tweetallen.
  • Bepaal of laat zelf bepalen wie nummer 1 is en wie nummer 2.
  • De nummers 1 rennen voorop en de nummers 2 volgen de nummers 1. De afstand tussen het duo mag niet groter worden dan één a twee meter.
  • Op commando van leraar(b.v. handen klappen) draaien de rollen om.

 

  • Variaties zijn makkelijk in te brengen:
    kruipen, hinken, huppen, kikkersprong. etc.
    geef de judoka’s ook eens een vrije vorm van de opdracht. De nummer 2 doet de beweging van 1 na.

VARIATIES

Start

  • Iedereen rent door elkaar over de mat.
  • Wanneer sensei 1x in de handen klapt: met twee handen kort de grond aantikken.
  • Wanneer sensei 2x in de handen klapt, in de lucht springen(uitstrekken) en in de handen klappen boven hoofd.
  • De sensei gebruikt de oefeningen door elkaar.

Vervolg

  • Tijdens het rennen zoek je een maatje op zodat er tweetallen ontstaan. Laat de tweetallen zelf bepalen wie nummer 1 is en wie nummer 2.
  • We rennen nu met z’n tweeën over de mat, de nummers 2 volgen de nummers 1.
  • Wanneer sensei 1x in de handen klapt: Nummer 1 staat spreidstand en nummers 2 kruipt er onder door. De rollen draaien nu om. ( Nummer 1 wordt nu nummer 2 en anders om)
  • Wanneer sensei 2x in de handen klapt: Nummer 1 maakt een hoge bok en de nummer 2 springt er spreidstand over heen. Ook nu draaien de rollen om.
  • De sensei gebruikt de oefeningen weer door elkaar.